In dit artikel worden de werkzaamheid, uitvoerbaarheid, toepasbaarheid en aanvaardbaarheid besproken van kortdurende, op symptoomverbetering gerichte psychotherapie van de depressieve stoornis. Verschillende vormen van psychotherapie worden met elkaar, met farmacotherapie en met gecombineerde therapie (psycho-en farmacotherapie) vergeleken. De psychotherapiemethoden, farmacotherapie en gecombineerde therapie vertonen een ongeveer gelijke werkzaamheid, en die is niet indrukwekkend groot. Op grond van de thans beschikbare gegevens lijkt de uitvoerbaarheid, toepasbaarheid en aanvaardbaarheid van psychotherapie, met name van steunende psychotherapie, groter te zijn dan die van farmacotherapie of gecombineerde therapie. Om deze reden is psychotherapie van de drie methoden de meest efficie¨nte.In 1993 stellen George, Ketter en Post dat onderzoek dat het functioneren van de hersenen in beeld brengt en daardoor de neuro-anatomische en neurofarmacologische veranderingen vaststelt die met depressie samenhangen, ongetwijfeld zal bijdragen tot het wegnemen van het stigma dat aan deze ziekte kleeft. Depressie wordt immers in toenemende mate gezien als een hersenziekte, en blijkt dit ook steeds meer te zijn.Deze auteurs worden hier aan het woord gelaten, niet omdat zij een oorspronkelijke, laat staan revolutionaire mening verkondigen, maar omdat zij kernachtig de opvatting verwoorden van veel hedendaagse psychiaters. In toenemende mate zou blijken dat depressie een hersenziekte is. We leven in 'the decade of the brain' en het door velen met de mond beleden bio-psychosociale model lijkt ver achter ons te liggen.Het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Psychotherapie heeft er in 1995 voor gekozen een symposium te wijden aan de psychologische behandeling van een hersenziekte. Of dit verstandig is weten wij niet, want op grond van een recente uitspraak van een vooraanstaand Nederlands psychiater zou 80 tot 90% van de patie¨nten die aan deze ziekte lijden binnen drie maanden genezen, althans wanneer ze lege artis met antidepressiva worden behandeld. Moeten psychotherapeuten zich dan bezighouden met de resterende 10 a`20% of kunnen zij zich beter elders nuttig maken?