InleidingVan der Heijden, Derksen en Egger (2008) pleiten in hun bijdrage voor een integratie tussen diagnostiek en behandeling. Zij zien psychologisch testonderzoek als een methode om objectieve informatie te verzamelen die een unieke en waardevolle bijdrage kan leveren aan het inzicht in de cliënt en diens mogelijkheden en daarmee rechtstreeks aan het therapeutisch proces. Zij beginnen hun bijdrage met de stelling dat 'echte' psychotherapeuten niet testen; hun testvaardigheden zouden verouderd, versleten of anderszins achteruitgegaan zijn. Deze stellingname vraagt om een reactie. Want zelfs als deze bewering, waar zij overigens geen evidentie voor aanvoeren, waar zou zijn, dan nog is het de vraag of testdiagnostiek, in welke vorm dan ook, wel zo'n waardevolle bijdrage vormt aan het werk van psychotherapeuten als Van der Heijden et al. suggereren. Cruciaal hierbij lijkt mij de vraag of testdiagnostiek een meerwaarde heeft voor het effect van de behandeling. Alvorens uitgebreider in te gaan op die vraag, maak ik enkele kanttekeningen bij de verschillende thema's die in hun betoog aan de orde komen.