EERST't Is wat vreemd, na zo'n lange tijd Engels denken, Engels lezen, Engels schrijven, Engels nalezen, Engels opzoeken, Engelse punten en komma's denken, Engelse getallen en Engelse pagina-opmaak op een Engelse computer, om opnieuw in het Nederlands te schrijven. Zeker omdat het erbij hoort, maar ook weer niet, en omdat het betekent dat het gedaan is, al dat Engels, als je in het Nederlands begint te schrijven.'t Is verdekke een eenzaam proces, schrijven. Niet dat ik het niet graag doe, ik zit graag te wroeten op een idee, op een schone volzin, op alweer een vette zinsconstructie. Bij gebrek aan hogere wiskunde in het dagelijkse leven, kan een mens zijn behoefte aan denken-in-meer-stappen-en-niveau's-dan-eigenlijk-nodig-is dan toch op die manier vervullen. En ja, ik geniet nog wel eens van het eenzame karakter van denken-schrijven-denken-schrijven. Maar dat het niet helemaal eerlijk is, die eenzame verkneukeling, dat weet ik ook wel.'t Leek soms wat al te gemakkelijk, de laatste weken, om me terug te trekken 'in het werk'. Er was zoveel te doen, zoveel te zien, zoveel te leren, zo weinig slaap 's nachts, zo veel dringende vraag naar aandacht overdag. Dan voelde ik mij tekortschieten. Maar dat het mij heeft doen inzien hoe goed ik het eigenlijk heb, daar kan ik niet meer buiten. Zoveel "thuis" voor één man... Annelies & Lize, merci! 't Gaat natuurlijk niet vanzelf, groot worden. Een mens komt met zijn zotte kop van de schoolbanken en wordt aan zijn gilet getrokken om te komen doctoreren, ligt dan vier jaar te wroeten en te vloeken en ineens is het dan gebeurd. Of dat lijkt misschien zo. Maar eerlijk is eerlijk: zonder de ruggensteun van een baas, een chef, een promotor die 'het veld' en 'de mensen' kent en die kennis graag deelt, zou het nooit zelfs maar half zo interessant zijn geworden.'t Is uiteraard -zoals in elke goede relatie -niet altijd koek en ei en af en toe denkt ge dan: "Patteeke, als ge nu nog één keer van gedacht verandert, dan doet ge het zelf!", maar als puntje bij paaltje komt en een nieuwe dag breekt aan, blijkt meestal dat het gelijk toch bij de ander lag. Die eeuwige trots en jeugdige onbezonnenheid toch...
Omer, merci! iiiMet evenveel plezier bedank ik mijn co-promotoren Prof. Demedts en Prof. Verleden (Geert, jij hebt het hele proces wat meer van de zijlijn meegemaakt en je hebt je waarschijnlijk af en toe verbaasd over de bochten in het onderzoekswerk. Dat neemt niet weg dat ik veel heb gehad aan jouw visie op de zaak). De leden van mijn doctoraatscommissie verdienen evenzeer mijn welgemeende dank voor hun interesse