Helpful events in family discussion groups with chronic-pain patients: A qualitative study of differences in perception between therapists/observers and patients/family members.

Lemmens, Gilbert; Verdegem, S; Heireman, Magda; Lietaer, Germain; Houdenhove, Boudewijn Van; Sabbe, Bernard; Eisler, Ivan

doi:10.1037/h0089500

Cited by 16 publications

(12 citation statements)

References 27 publications

(23 reference statements)

Supporting

Mentioning

Contrasting

Unclassified

Order By: Relevance

“…Compared to psychiatric disorders, there is a dearth of qualitative studies on change processes in non-psychiatric MFT. Lemmens et al (2003Lemmens et al ( , 2005 explored therapeutic factors in MFT with chronic pain and chronic fatigue patients, using open-ended questions with both therapists and participants. Content analysis showed that while therapists emphasized the benefits of group climate and structure, as well as specific techniques, participants tended to stress process aspects of the group as particularly useful.…”

Section: Therapeutic Processesmentioning

confidence: 99%

Evidence base for Multiple Family Therapy (MFT) in non‐psychiatric conditions and problems: a review (part 2)

Cook‐Darzens

Gelin

Hendrick

2017

Journal of Family Therapy

View full text Add to dashboard Cite

This article provides an updated overview of the empirical literature regarding Multiple Family Therapy's (MFT) applications to non‐psychiatric conditions and problems. Although the evidence is not as strong for these disorders as for psychiatric disorders, the benefits of MFT approaches are apparent in the following areas: family management of several severe chronic medical illnesses; prevention of educational failure and exclusion; and treatment of marital distress. MFT research in non‐psychiatric settings has been faced with unique challenges that have mitigated the quality and quantity of outcome and process research produced over the past decade. Future research efforts should focus on: (1) stronger commitment to the evaluation of ongoing MFT programmes; (2) identification and manualization of major MFT programmes; (3) more Randomized Clinical Trials (RCTs) on the effectiveness of MFT programmes in community settings; and (4) higher priority for research on MFT's change processes and patterns of interaction. Practitioner points The treatment of chronic physical diseases is optimized by involving family members, and MFT is a valuable way of doing so: workshops delivered in brief formats are most feasible MFT should be considered for non‐psychiatric problems with the risk of isolation and stigmatization. The presence of other families sharing the same challenges is very useful MFT practitioners should attempt to operationalize their MFT model and include an evaluation component in their therapeutic implementation as routine practice

show abstract

Section: Therapeutic Processesmentioning

confidence: 99%

Evidence base for Multiple Family Therapy (MFT) in non‐psychiatric conditions and problems: a review (part 2)

Cook‐Darzens

Gelin

Hendrick

2017

Journal of Family Therapy

View full text Add to dashboard Cite

show abstract

“…Deze groep baseert zich op de ervaringen met groepsgezinstherapie bij psychiatrische dagpatie¨nten (Lemmens, Heireman & Sabbe, 2001), chronische-pijnpatie¨nten (Lemmens, Verdegem, Heireman, Lietaer & Van Houdenhove, 2003), en gehuwde depressieve patie¨nten (Lemmens, Eisler, Migerode, Heireman & Demyttenaere, 2005). In tegenstelling tot jongeren met schizofrenie (McFarlane, 2002;Schaub, 2002) en anorexia (Eisler en anderen, 2000) is groepsgezinstherapie minder frequent toegepast bij depressieve patie¨nten en hun gezinsleden (Harter, Kick & Rave-Schwank, 2002;Keller & Schuler, 2002;Mahnkopf & Rahn, 1997;Keitner en anderen, 2002).…”

Section: Inleidingunclassified

Groepsgezinstherapie met opgenomen depressieve jongvolwassenen en hun gezin

Migerode¹,

Hooghe²,

Brunfaut³

et al. 2006

PSIE

Self Cite

View full text Add to dashboard Cite

In de late adolescentie en jongvolwassenheid kunnen al langer bestaande problemen opeens duidelijker worden en kunnen zich angst-en depressieve klachten ontwikkelen. Deze patie¨nten bevinden zich midden in een herdefinitie van de relatie met hun gezin van oorsprong en daarom dringt een gezinsgerichte aanpak zich op. Binnen de afdeling Angst en Depressie van het Universitair Ziekenhuis Leuven ontwikkelden we hiervoor een groepsgezinstherapie. Na een korte beschrijving van de wetenschappelijke verwijzingen naar gezinsverbanden bij angst en depressie van jongvolwassenen bespreken we achtereenvolgens de doelgroep, de doelstellingen, de organisatie en het verloop van groepsgezinstherapie. Vignetten verhelderen het specifieke van een groepsgezinstherapie bij deze populatie. InleidingOp de psychotherapeutische behandelafdeling van UZ Leuven worden volwassenen begeleid met angst-en depressieve klachten. Aan de patie¨nten wordt een drie maanden durend klinisch-psychotherapeutisch programma aangeboden in een dag (N=25) of in een dagnachtstatuut (N=15). Het behandelaanbod bestaat hoofdzakelijk uit vormen van groepstherapie. De groepssessies rusten op vier theoretische pijlers: een cognitiefgedragstherapeutische, een systeemtherapeutische, een psychomotore en een activatiepijler. De meeste patie¨nten krijgen verder een psychofarmacologische behandeling. Naast de groepstherapie worden individuele contacten aangeboden door een individuele begeleider (psychiatrische verpleegkundige) en door de GSO (geneesheer-specialist psychiatrie in opleiding). Na verkenning kunnen specifieke individuele therapiesessies toegevoegd worden. Het cree¨ren en onderhouden van een psychotherapeutische relatie is een centrale keuze bij opname (Migerode, 2003;Prochaska, Norcross & Di Clemente, 1994). Formeel gebeurt dit door een voorafgaand gesprek over behandeldoelen en door maandelijkse evaluatiegesprekken. Informeel gebeurt dit doordat het behandelteam de volwassenen zowel uitdaagt als steunt (Andolfi, Angelo & De Nichilo, 1989). Na afloop van de opname wordt het contact verbroken en wordt externe nazorg geboden. De systeem/gezinstherapeuten verzorgen groepstherapiee¨n, gezinstherapeutische sessies en de groepsgezinstherapie voor jongvolwassen patie¨nten. Dit artikel is gebaseerd op de eerste vijf cycli gezinstherapiegroepen op de afdeling.In onze patie¨ntengroep worden we geconfronteerd met een subgroep van jongeren (laat-adolescenten en jongvolwassenen) 1 . Deze zijn 'wettelijk' volwassen (18+) maar zij worstelen nog met de taken van hun ontwikkelingsfase. Hun problematiek en hulpvraag situeren zich binnen deze fase, die zich kenmerkt door het ontwikkelen van een eigen identiteit, een seksuele Lieven Migerodeen, LIEVEN MIGERODE is psycholoog/relatie-en gezinstherapeut;AN HOOGHE is psycholoog/relatie-en gezinstherapeut;ELS BRUNFAUT is psychologe/cognitief gedragstherapeute;GILBERT LEMMENS is psychiater en gezinstherapeut.Allen zijn werkzaam in UZ Leuven. Correspondentieadres: L. Migerode, UZ Leuven, afdeling Angst en Depressie, Brusselses...

show abstract

“…Some Further Thoughts chronic pain syndrome and childhood abuse (Lampe et al, 2003), which was not related to family issues. Families, Systems, & Health: Journal of Collaborative Family Health Care had one paper on the efficacy of family discussion groups with chronic pain patients (Lemmens et al, 2003).…”

Section: Medical Journalsmentioning

confidence: 99%

Chronic Pain and Family

2006

View full text Add to dashboard Cite

Helpful events in family discussion groups with chronic-pain patients: A qualitative study of differences in perception between therapists/observers and patients/family members.

Cited by 16 publications

References 27 publications

Evidence base for Multiple Family Therapy (MFT) in non‐psychiatric conditions and problems: a review (part 2)

Evidence base for Multiple Family Therapy (MFT) in non‐psychiatric conditions and problems: a review (part 2)

Groepsgezinstherapie met opgenomen depressieve jongvolwassenen en hun gezin

Chronic Pain and Family

Contact Info

Product

Resources

About