Dosering bij pulserende UKG-therapie: enkele klinische onderzoekingen

Abstract

Keywords Curapulusukg-apparatuur Á Diapulseukgapparatuur Á energieukg-therapie Á ukg-herapie enkel Á ukgklinische test Á pulserende ukg Á klinische ukgtest Á pulserende ukgtherapie Á ukg pulserende SamenvattingBesproken worden de mechanismen waardoor pulserende 11 m-golven therapeutisch effectief zouden kunnen zijn. De doseringen gebruikt bij behandeling in negen klinische testsituaties worden bekeken en de totale toegediende energie per 24 uur wordt berekend. Hieruit blijkt dat gunstige resultaten verband houden met langere behandelduur en hogere energietoediening. Tests op verstuikte enkels worden vergeleken; de gegevens hiervan wijzen op een waarschijnlijke correlatie tussen succes en de per 24 uur toegediende energie. Vier andere klinische proeven worden ook besproken en er wordt commentaar geleverd op niet-gekwantificeerde factoren die de dosering kunnen beı¨nvloeden.Geconcludeerd wordt dat een succesvolle behandeling voornamelijk het gevolg is van de toediening van hoeveelheden energie (in kJ per 24 uur) aan het bovenste eind van de schaal van gebruikte energieniveaus en in relatie staat tot de langere behandeltijden. InleidingPulserende 11 m-golftherapie (ten onrechte in Nederland wel ultrakortegolf genoemd) is een populaire fysiotherapeutische behandelingsvorm geworden in de afgelopen twintig jaar en toch bestaat er geen overeenstemming over de juiste dosering of zelfs, of het middel wel effectief is. Er zijn in de afgelopen jaren een aantal klinische tests uitgevoerd, maar niet allemaal hebben ze verbetering laten zien. In dit artikel worden enkele elementen van vergelijkbare tests geanalyseerd om te bepalen welke kenmerken in verband gebracht kunnen worden met de effectiviteit. Eerdere besprekingen van deze behandelvorm, bijvoorbeeld door Kitchen en Partridge (1992), hadden als conclusie dat er aanzienlijke onzekerheid bestaat over de doeltreffendheid en weinig overeenstemming over de dosering. Andere studies, vooral ook uit de Verenigde Staten, concluderen dat er onvoldoende bewijs is om de therapeutische waarde van pulserende 11 m-golftherapie met een lage intensiteit te ondersteunen; bijvoorbeeld Kloth (1986). Naast de meegegeven teksten van de fabrikanten zijn er enkele suggesties voor de dosering gedaan door Hayne (1984).Pulserende 11 m-golftherapie impliceert de toepassing van afzonderlijke impulsen van hoog frequente (27,12 MHz) Stimulus (1996) 15:113-118