Consolidation Memory Theory Applied to Relearning Motor Skills in Profoundly Retarded, Multiply Handicapped Children

Abstract

This study evaluated the effects of latency periods on the retention of gross motor skills in three profoundly retarded, multiply handicapped children, and the efficacy of a relearning model as a test of learning among these children. The study used a quasi-experimental, multiple baseline-across-subjects design. The subjects were taught a motor skill designed specifically to their abilities; the skill was retaught following latency periods of 90, 30, and 14 days during which time the skill was not practiced. Based upon the results of this study, it was concluded that the subjects had some ability to retrieve motor programs and that some feedback process operated to refine the motor program. It was determined that the number of trials required to achieve a criterion is dependent upon the latency interval, with a 14-day interval having no effect upon achievement of criterion. These findings are used to support an argument for intermittent programming for the retention of motor skills in profoundly retarded, multiply handicapped children, thereby helping them to maintain and expand their repertoire of behaviors.

Bewegingsgeoriënteerde interventies voor personen met (zeer) ernstige verstandelijke beperkingen: een literatuuronderzoek

“…Om te bepalen of er ten aanzien van de geoefende motorische vaardigheid daadwerkelijk iets geleerd is, kijkt men naar het leerresultaat in termen van retentie (nieuw verworven motorische vaardigheid kan ook na verloop van tijd worden uitgevoerd) en transfer (nieuw verworven motorische vaardigheid kan ook binnen een andere context of vaardigheid worden ingepast). Alle drie de studies lieten zien dat personen met (z)evb in staat waren om motorische vaardigheden aan te leren; dit gold zowel voor basale motorische vaardigheden (zoals handfunctie en rollen) [65,67] als complexe motorische vaardigheden (gooien) [66]. Twee studies keken zowel naar effecten ten aanzien van retentie als naar transfer van de nieuw verworven motorische vaardigheden [65,66] en komsten te zien.…”

“…Wat verder opviel was dat minder dan de de andere studie richtte zich alleen op effecten ten aanzien van retentie [67]. In één studie werd ook specifiek gekeken naar het effect van de manier van oefenen, namelijk blocked practice (een aantal malen achter elkaar dezelfde motorische vaardigheid oefenen) versus random practice [2] (binnen een bepaalde periode verschillende motorische vaardigheden in een willekeurige volgorde oefenen) [66].…”